zondag 12 november 2006

Rookvrij



Als kind al had Elsje een enorme hekel aan de geur van sigarettenrook. Misselijkheid en hoofdpijn waren haar lot als ze ook maar iets te lang in een rokerige ruimte verkeerde. Dit werd met de jaren niet minder, integendeel. Het verblijven in een ruimte waarin gerookt is, is tegenwoordig al voldoende om Elsjes hoofd aan het bonken te krijgen. Nu zal daar vast ook wel een deel van tussen de oren vandaan komen, maar toch. Zaak is dus haar leven rookvrij in te richten.

Toen zij op kamers ging, zo'n twintig jaar geleden, besloot Elsje dan ook direct dat er in haar studentenkamer simpelweg nooit gerookt zou mogen worden. Als er dan toch iemand een peuk opstak, verzocht zij direct om die uit te maken. Eerst voelde zij nog de noodzaak dat te verdedigen, maar allengs veranderde wat eerst bijzonder was in de norm: voor je er een opsteekt, eerst vragen of het mag. De tijd van de 'we komen er samen wel uit'-campagne, zeg maar.
Een paar jaar later ging zij samenwonen en sprak zij af dat er in het gehele huis niet gerookt zou mogen worden. Een aantal vrienden van haar lief moest hier stevig aan wennen, maar eigenlijk werd er relatief weinig gemopperd. De sigaretten werden netjes buiten in de tuin of op de stoep voor het huis opgestoken. Ook dit is bijna overal de norm geworden: bijna nergens wordt binnenshuis nog gerookt.

Haar eigen woonomgeving rookvrij krijgen en houden ging dus eigenlijk best gemakkelijk. Maar ja, ze kwam natuurlijk ook bij anderen over de vloer. Voor zij met mensen afsprak bij hen thuis, vroeg Elsje eigelijk altijd 'wordt er gerookt binnen?', dan kon ze òf medicijnen innemen, òf besluiten dan maar niet mee te gaan, òf maar heel kort te blijven.
Omdat er tegenwoordig in niet zoveel huizen meer gerookt wordt, maakt dat Elsje minder op haar hoede is en eigenlijk er eigenlijk niet meer naar vraagt. En dat zij dus soms ineens voor een dilemma staat: er blijkt gerookt te worden. Oef, een klap in het gezicht.

Nu gaat het natuurlijk niet alleen om situaties thuis, maar ook buitenshuis probeert Elsje tussen de sigarettenluchten door te laveren. Op het werk is gelukkig nog maar in één ruimte roken toegestaan. Daar is zelfs speciale luchtafzuiging aangebracht zodat zelfs als de deur effies open blijft staan, niet de hele verdieping naar de rook stinkt. Elsje kan zich op kantoor dus vrij bewegen. Ook in treinen mag niet meer worden gerookt en Elsje moet toegeven: de rokers houden zich best aardig aan het gebod om slechts in de buurt van de rookzuilen hun saffie aan te steken. Al met al zijn er dus inmiddels heel wat plaatsen waar Elsje niet bang hoeft te zijn voor hoofdpijn.

Laatste obstakel voor een prettig sociaal leven is eigenlijk alleen nog uitgaan. Elsje vraagt zich van tevoren altijd af: zal er gerookt worden, wil ik dan wel mee en zo ja, wat ga ik doen om migraine te voorkomen. Gelukkig lijkt ook in de horeca roken zijn langste tijd gehad te hebben. Vandaag op nu.nl stond namelijk het volgende berichtje: tweederde van de Nederlanders wil graag rookvrije horeca en snel graag. De komende verkiezingen lijken Elsje een prima gelegenheid om dit nou ook voor elkaar te krijgen. Maar ja, of politici naar 'de wil van het volk' luisteren, daar heeft zij een hard hoofd in. De geschiedenis leert dat dat niet hun sterkste kant is.

2 opmerkingen:

Ina zei

Ik kan het niet meer met je eens zijn. Behalve dan het afschaffen van de rookcoupé's in de trein. Dat vind ik jammer. Immers, nu nemen die naar as ruikende stinkdieren náást je plaats, en niet zoals eerder een rijtuig verderop.

Elsje zei

voordeel is dat je jezelf niet meer door zo'n stinkcoupé hoeft te worstelen, met je hand voor je mond en neus.
Elk foordeel hep se nadeel!